Schuldbekentenis Jan Jansen



datum28 december 1663
betreftJan Jans Ruijter
bronNL-ZlHCO, 0076, inv.nr. 15, scan 52 (wat betekent deze code?)
afbeeldingakte
In de tekst :
   ??  = onleesbaar
   (...) = passage overgeslagen
   [xx] = aanvulling van ligaturen
              en afkortingen
   car. gl. = caroli gulden
   [mijn opmerking, JR]

Transcriptie: Jaap Ruiter



Transcriptie

Den 28 December 1663

Richter H.B. van Langen
Coern. Jan Hanninck
           Reinder Hendrickx
  
Compareerde in den Edele Gerichte Jan Jansen, ende bekenne voor hem en sijne erfgenamen deughdelijck schuldich te weesen een somme van hondert car. gl. hercoemende van opgenoemene ende ternuch? ontfangene penningen aen Aeltjen Roelofs weduwe wijlen Wijcher Jansen Ruijter welcke penningen ick Jan Jansen beloeve jaerlijckx en alle jaeren te verrenten tegen vijf gelijcke gulden ter tijt ende soo lange den een den anderen de losse een vierendeel jaers te vooren volgens Lantrecht sal aengecondicht hebben, bij faute van quade betaelinge stelle ick Jan Jansen hier voor tot een vast hypotheeq en onderpande voor eerst mijn huijs ende warf staende tot Muggebeete voors mijn persoon en verdere goederen soo hebben de er toecoemende en om me alles daeraen lost en schaedeloes te moegen verhaelen, ende sal den eersten pachtdach coemen te verschijnen op Sinte Marten 1669.



Samenvatting

Schuldverklaring van Jan Jans aan Aeltjen, de weduwe van Wijcher Jansen Ruijter over een bedrag van 100 Caroli guldens tegen een rente van 5 guldens per jaar. Als onderpand dient zijn woning en werf in Muggenbeet.


Betekenis

In deze akte wordt het vermoeden bevestigd dat onze stamvader Jan Jans Ruijter getrouwd was met Aeltjens dochter: Geesjen Wijchers.
Jan Jansen was dus Aeltjens schoonzoon (sinds 2 jaar), en we weten meteen dat hij in Muggenbeet huis en werf heeft, die als onderpand dienen.

Bijgewerkt: 29 juli 2020