Wie was Jan Jans Ruijter?



In 2021 is deze akte alsnog volledig getranscribeerd en is niet alles in dit artikel nog van toepassing.

Het oud-archief van Blokzijl berust te Steenwijk, en onder inventarisnummer 1036 vinden we een verkoopakte, gedateerd 19 december 1625, waarin  een Jan Jans Ruijter genoemd wordt:   (de passages .......... zijn helaas onleesbaar) :

Ick Frans Wernharts van Wijen voor Ridderschap ende Steden.................... Staten deser Sandschappers van bedrijf en Scholtus toe Vollenhove ende over Blocksijl, verconden en betuijge mits desen openen be..............gericgtsbrieff gedaen voor mij ende voor...............Wolter Jansen.........ende...........Gerrits en een openen ge.......... gericgte ende geswanner banck, daer ick toe gerecgte.........nae santgerecgte behoorlijck gecomen en erschenen sijn: Evert Engberts ende Pieter Gerrits als...........ten desen nabes...........van de gemenen..............schippers geautoriseert, verschennen voor haer ende hare nacomelingen in Eijgendom voorsz. ende overgedragen hebben toe proufijn van Jan Jansens Ruijters ende Jan Pieters samen.............respectijve huijsvrouwen ende erfgenamen seeckere veurgaende steede off plaetse van omtrent hondert voeten lanck, alwaer aen Noortweren cooperen ende Andries Schoenmaeker end Zuijtweren Hermen Gerrits naestgeërwen sijn streckende voorwaert van de kaije toe..........
...ande Schipper-straete vrij van eenige uijtgaende renten ende pacgten, als andere parten. Mits conditien ende voorwaerden, dat vercooperen toe haeren fasten beholdenen stelick ende zeunelick toe onderhold van de Kaije alsoo van de palen ende rijen als daer nodicg vereijschee............. men daeraende eenmael de schoijinge te maecken dan vandaer nae cooperen de schoijinge van plancken, sonderpaelen............................................ende toe haeren harte erffelick ende zeuwelijck blijven ende geen meere daer oock cooperen toe eenigen tijden eenige eerde toe verhoginge van hare stede nodicg hadden, sullen vercooperen soodanige eerde, soo wanneer inde Kolck gemoddern voor op de Caeije leperen, omme bij cooperen toe proufijn als vooren gebruijcken te worden.

Verderop in dezelfde akte wordt de naam als Jan Jans Ruijter gespeld.

De akte gaat nog een tijdje zo door, in een voor de leek welhaast onbegrijpelijk soort Nederlands. De strekking is duidelijk : Jan Jansen Ruijter en Jan Pieters kopen samen met hun echtgenotes een perceel grond aan de Noorderkade. Jammergenoeg staan de namen van die echtgenotes er niet bij, en ook verder bevat de akte geen persoonlijke informatie over Jan Jans Ruijter. Maar klaarblijkelijk bezat hij geld genoeg om een perceel te kopen midden in Blokzijl.

In 1638 komen we opnieuw Jan Jansen Ruijter tegen. Nu als vertegenwoordiger (dienaer) van de doopsgezinde gemeente van Blokzijl, die als stroming der Huijskopers bekend staat. Binnen de Vlaamse doopsgezinden is dit de orthodoxe (strenge) stroming, waarbij we aantekenen dat de Vlamingen binnen de Doopsgezinden ook al de orthodoxe richting vertegenwoordigen. Samen met nog 3 andere 'dienaers' koopt hij 'de huijsteede aen de noordercaeij, alwaer ten noorden Pieter Nollen en ten suijden Hendrick Reijners naest gelegen sijn'. Deze grond wordt gekocht om daar een vermaning (kerk) te stichten. We schrijven dan 29 augustus 1638.

In Blokzijl waren er rond deze tijd twee grote bevolkingsgroepen, elk met hun eigen herkomst en eigen stroming binnen de doopsgezinden :
  • De Vlamingen - op de vlucht voor de Spaanse inquisitie waren zij in groten getale naar Amsterdam getrokken en van daaruit naar andere Hollandse havensteden en Blokzijl. Voor een groot deel waren deze Vlamingen uit Antwerpen afkomstig.
  • De Waterlanders - de streek boven Amsterdam kende een voornamelijk doopsgezind karakter. In het onbegaanbare en moerassige gebied konden zij zich aan de controle en vervolging door de overheid onttrekken.
Meer hierover kunt u lezen in Korte geschiedenis van Blokzijl.

Hoewel Jan Jans behoorde tot de Vlamingen hoeft dit niet te betekenen dat hij van oorsprong een Vlaming is. Deze stroming in de leer van de doopsgezinden bestond al veel eerder. In ieder geval lijkt het spoor in eerste instantie richting Noord-Holland te wijzen, en het lijkt me aannemelijk dat we in of rond Amsterdam moeten zoeken naar verdere informatie rond Jan Jans Ruijter!
Overigens was Jan Jans Ruijter getrouwd met Aucke Peters, en we komen zijn naam voor het laatst tegen in 1652 als zij als weduwe van Jan Jans Ruijter opnieuw in het huwelijk treedt.

Iets van het Blokzijl waarin Jan Jans Ruijter vertoefde kunnen we terugvinden op deze kaart van 1650 :


De Noorderkade, waarvan in beide koopaktes van Jan Jans sprake is, vinden we op deze kaart aan de linkerkant van de havenkolk. Langs de kade zien we een 25-tal huizen naast elkaar met twee dwarsstraten. Daarachter bevindt zich de Schipperstraat die een stuk minder bebouwd is.